Basisschool

Basisschool

vrijdag 17 oktober 2014

Drama ( alle opdrachten onder elkaar )

Drama
Beroepsproduct leerjaar 1

Op 2 oktober hebben wij het hele stuk uitgevoerd voor de groep. Hier hebben wij feedback op gekregen en dit hebben wij met rood aangepast.
De feedback was:
-Meer voor doen, minder praten
-Het filmpje mag iets korter
-In het algemeen minder tekst

School: Hoge School Utrecht / Amersfoort Instituut Theo Thijssen
Opleiding: PABO
Leerjaar: 1
Klas: 1C
Namen
Sammy Hofman                                 Bart Oskam
Sanne-Marije                                     Hielke Elferink
Thijs Luijer                                         Sven Monshouwer
Het objectenspel:
Groep: 8
Aantal leerlingen: 28
1)Wat is het objectenspel:
Tijdsduur met de kinderen:
Het hangt erg af met welke groep het objecten spel gespeeld wordt. Bij de onderbouw is er meer instructie nodig als in de bovenbouw. De instructie duurt ongeveer 10 á 15 minuten, dit is inclusief het ‘voordoen’ en vragen beantwoorden. De uitvoering kan variëren. Het ligt eraan welke variatie er wordt gespeeld, of er in groepjes wordt gewerkt of klassikaal. Je kunt het zo lang maken als je zelf wil. Houd minimaal rekening met ongeveer 10 minuten.

Het objectenspel houdt in dat de kinderen een andere betekenis geven aan een voorwerp. Kinderen moeten hun fantasie en improvisatie gebruiken om bijvoorbeeld van een fietsband een hoelahoep te kunnen maken. Dit doen de kinderen door het uit te beelden, er mag uitleg bij gegeven worden of een kleine scene aan te pas bij komen waar de nieuwe betekenis van het voorwerp duidelijk wordt, zonder dat de betekenis gezegd wordt! Dit kan op diverse manieren:
Doel van het objectenspel:
-Inzicht ontwikkelen in eigen spelkwaliteit en die van anderen
-Ontwikkelen van publiekgerichtheid(zelfverzekerd worden om voor een groep iets te doen)
-Improvisatie en fantasie leren goed te gebruiken/ontwikkelen
Hoe speel je het spel in de klas:
Uitleg:
-Begin als leerkracht met het geven van een voorbeeld, zo is direct duidelijk wat het doel van het spel is.
-Begin bij de warming up zonder voorwerpen of met alleen dezelfde voorwerpen, zo voorkom je onrust. De kinderen moeten hier laten zien dat zij bijvoorbeeld aan het spelen of koken zijn.
-Leg daarna uit welke variant er wordt gespeeld(zie varianten)
Het spelen van het objectenspel:
-Er zijn maximaal vijf voorwerpen.
-Een kind pakt een voorwerp en verandert de betekenis daarvan in een doen-alsof-situatie.
-Na het uitbeelden hiervan mogen alle andere kinderen hun vinger opsteken om te vertellen wat voor  een betekenis het voorwerp heeft gekregen.
Nabespreking:
Bespreek altijd na elke ronde na:
In de onderbouw is dit lastig om te doen als het spel niet klassikaal is. In de midden- en bovenbouw kunnen de kinderen dit met elkaar bespreken, als hulpmiddel kunnen de vragen op het bord worden gezet.
-Waren de veranderingen van de objecten helder? En waaraan zag je dat? En in welk spel gebeurde dat?
-Welk object is waarin verandert?
-Wie had een … in zijn handen?
Varianten op het objectenspel:
Klassikaal/groepjes:
-Tijdens de doen-alsof-situatie één kind laten uitbeelden en één kind laten vertellen. Dit kan met een voorbereiding maar ook zonder, dan wordt het een improvisatie spel.
-Voorwerpen niet zichtbaar:
De voorwerpen zitten in een tas, zo kunnen de kinderen van te voren niet bedenken wat zij moeten doen en heel snel improviseren.
Gebruik alleen een enkel voorwerp, bijvoorbeeld pittenzakjes.
Dit kun je in tweetallen doen:
-A beeldt uit en B raadt wat voor een voorwerp het moet voorstellen
-A beeldt iets uit en B speelt met A mee, (bijvoorbeeld een beroep)
-A belt aan bij B en probeert B een nieuw product te verkopen(reclame)


2)Belangrijke details van het spel:
-Gebruik geen gevaarlijke voorwerpen
-Help de kinderen als het nodig is, voor sommige is het erg spannend.
-Laat de kinderen een aantal minuten in twee- of drietallen kennis maken met het spel.
-Na het spelen mag pas de betekenis van het voorwerp geraden worden, behalve bij het reclame spel.
-Na elk spel worden er een aantal dingen na gesproken.
-Gebruik voorwerpen die bij de leeftijdscategorie horen.



3)Het les idee n.a.v. De Kinderboekenweek 2014:
Het thema van De Kinderboekenweek 2014 is ‘Feest’. Het objectenspel zal daarom ook te maken hebben met het thema feest.
De variatie die gespeeld gaat worden is het reclame spel met voorwerpen die voor de kinderen nog niet zichtbaar zijn. Het spel wordt gespeeld met groep 8, hun fantasie is ontwikkeld en het improviseren kan wat lastig zijn, maar dit is goed om te leren en natuurlijk erg grappig.
Uitleg:
Didactische werkvorm: Klassikaal
Het reclame spel:
Alle leerlingen van groep 8 zitten in de kring, in het midden ligt een zak/tas met daarin voorwerpen. Deze voorwerpen zijn niet zichtbaar voor de kinderen. De kinderen mogen, als zij aan de beurt zijn ook geen voorwerp zoeken, maar willekeurig een voorwerp pakken, zonder te kijken.
Per keer mogen er twee kinderen het reclame spel gaan spelen. Een kind pakt een voorwerp en probeert het aan het andere kind te verkopen.
Voorbeeld:
Als het kind een washand in zijn hand heeft, maakt hij een totaal andere betekenis van de washand, bijvoorbeeld een nieuwe handige boodschappentas. Het andere kind probeert mee te spelen doormiddel van vragen te spellen: ‘Waarom zou ik dit kopen?, Heeft u er ervaringen mee?, Wat vindt u er zelf van?’
Geef ongeveer 1,5 á 2 minuten de tijd, duurt het langer probeer er dan langzaam een eind aan te maken.
Dit kun je een aantal keer spelen, als het spel afgelopen is. Bespreek dan het spel na n.a.v. eerder gestelde vragen.
Aangezien dit spel met het thema feest te maken heeft, spelen alle scenes zich af in een feestwinkel. De voorwerpen zijn geen feestelijke voorwerpen, dat moeten de kinderen er zelf van proberen te maken.




Voordat het spel begint wordt er eerst een uitleg gegeven. Houd er rekening mee dat sommige leerlingen het spannend vinden en niet direct voor de klas wil staan. De meeste kinderen zitten al 8 jaar met elkaar in de klas, dat maakt het wel een stuk minder spannend. Oefen het spel bijvoorbeeld eerst in tweetallen uit:
Laat de klas tweetallen maken en geef elk tweetal een stuk papier, een blokje, etc. Laat de leerlingen in tweetallen het reclame spel spelen en vertel dat het papiertje van alles mag worden/zijn, omdat het een ‘oefen ronde’ is.
Na ongeveer 5 minuten hebben de leerlinge even kunnen ‘proeven’ van het spel, weten zij wat er te wachten staat en is het minder spannend om voor de klas te staan.
Tijdsduur (klassikaal):
Uitleg: 5 minuten
Oefenen: 5 minuten
Spelen van het reclame spel: kan variëren(ligt eraan hoeveel kinderen het gaan spelen), minimaal 10 minuten, maximaal 30 minuten.
Nabespreking: 5 á 10 minuten


3)Scene-plan in combinatie met het les idee:
Welke scenes worden er gespeeld:
Voorwoord:
-Wat is het objecten spel(zie pagina 2)
-De verschillende variaties (zie pagina 3, vertel ook de aanpassingen per groep)
-Welke variatie wij gaan doen rondom het thema feest: reclame spel(vertel ook voor groep 8 en hoe je het spel op deze groep kunt aanpassen: tas met spullen, pakken zonder te kijken)
Dit wordt door één persoon uitgelegd.
Tijdens de uitleg zullen een aantal dingen door iemand anders voor worden gedaan.
De voorbereiding:
-Waar kan het spel worden gespeeld: in de speelzaal of in het lokaal
-Wat heb je nodig: tas met voorwerpen (maximaal 5)
-Hoe geef je uitleg: vertel wat we gaan doen, met een klein voorbeeld
-Laat de kinderen kennis maken met het spel: 5 minuten

Dit wordt door 4 personen verteld.
Als iemand dit aan het vertellen is, wordt het verhaal door iemand anders uitgebeeld.

Het spelen van het reclame spel: zie pagina 4
Dit wordt door twee personen gedaan.
De na bespreking:
-Waren de veranderingen van de objecten helder? En waaraan zag je dat? En in welk spel gebeurde dat?
-Welk object is waarin verandert?
-Wie had een … in zijn handen?
Dit wordt door vijf personen gedaan. Een persoon stelt de vragen aan de twee andere personen die het spel niet hebben gespeeld.

Belangrijke details:
-Gebruik geen gevaarlijke voorwerpen
-Help de kinderen als het nodig is, voor sommige is het erg spannend.
-Laat de kinderen een aantal minuten in twee- of drietallen kennis maken met het spel.
-Na het spelen mag pas de betekenis van het voorwerp geraden worden, behalve bij het reclame spel.
-Na elk spel worden er een aantal dingen na gesproken.
-Gebruik voorwerpen die bij de leeftijdscategorie horen.
Dit wordt door twee personen verteld.
Het is belangrijk om alle punten in het filmpje te laten voorkomen. Daarom zullen een aantal details verteld worden en een aantal details voor worden gedaan. Als alles voor wordt gedaan, gaat hier te veel tijd in zitten, daarom doen wij het 50/50.










5)De rolverdeling:
Scene 1: Voorwoord   
à Sammy punt 1 en 2  Hielke punt 3
Scene 2: Voorbereiding à Thijs en Sanne-Marije
Scene 3: Spelen van het reclame spelà Bart(verkoper) en Sven (koper)
Scene 4: Nabespreking à Hielke stelt de vragen aan Thijs en Sanne-Marije
Scene 5: Belangrijke details à Sanne-Marije en Thijs


Product leiden: Sammy
Script bedenken: Sammy
Camera bediening: Sammy & Hielke
Monteren van de beelden: Hielke & Sven
Inspreken van de teksten/voice over:  Bart
Bijpassende muziek zoeken: Thijs
Teksten tussen de scenes zetten: Sanne-Marije & Thijs

Tijdsduur:
Scene 1: 1 minuten
Scene 2: 1 minuut
Scene 3: 1 minuten
Scene 4: 1 minuut
Scene 5: 1 minuut
Totaal +/- 5 minuten

zie hier het filmpje!





Feedbackformulier Instructiefilm BP 1.1.1. Kunstvaardig
Jouw naam is: Patrick Peschier
Ik heb een instructiefilm bekeken met de werkvorm:
Objectenspel
Deze film is gemaakt door de volgende studenten:

Sammy Hofman, Hielke Elferink, Sanne-Marije Rijn, Thijs Luijer, Sven Monshouwer & Bart Oskam
De film is een goed middel om aankomende leerkrachten te ondersteunen bij het aanbieden van een drama/dans werkvorm voor een bovenbouwgroep van 25 – 30 leerlingen

Onvoldoende
Voldoende

X
goed
Motivatie:
Duidelijke uitleg


Duidelijk wordt hoe een aankomende leerkracht deze drama/ dans werkvorm aan kan bieden aan een bovenbouw klas van het basisonderwijs: Een leek zou door de getoonde stappen te volgen tot een dergelijke uitvoering van de werkvorm moeten kunnen komen
Onvoldoende
Voldoende

Goed
X
Motivatie:
Duidelijk door voorbeelden tijdens de uitleg.
In de film is de onderstaande informatie verwerkt:
  • De naam van de werkvorm, met een korte toelichting van de werkvorm
  • Mogelijke lesdoelen  (zie dramadoelstellingen H2.2 van het dramaboek ‘Kijk op Spel’)
  • Welke bron is gekozen n.a.v. het thema van de Kinderboekenweek van dit jaar
  • Hoe deze bron is verwerkt in de uitvoering van de werkvorm
  • Welke voorbereidingen er nodig zijn om deze werkvorm met 25 – 30 leerlingen uit te voeren
Onvoldoende


X




Voldoende
X



X

X
X
Goed

Motivatie:



In de film is de onderstaande informatie verwerkt
  • Wie welke productierol op zich heeft genomen.
  • De datum
  • Het doel van de film (Beroepsproduct 1.1.1 Drama)
  • De naam van de Hogeschool.
Onvoldoende

Voldoende
X
Goed

X
X
X


Motivatie:

Alle deelnemers van een subgroep zijn zichtbaar aanwezig in de film en spelen een rol. 
Onvoldoende
Voldoende
Goed
X
Motivatie:



In de instructiefilm zijn de volgende ‘scenes’ te herkennen:
  • De werkvorm-in-werking-scene
Studenten laten de werkvorm zien, zoals deze na de voorbereiding en oefening, in de klas uitgevoerd kan worden.
  • De detail-scenes
In een aantal heel korte scenes, laat steeds een detail zien waar je bij de uitvoering van de werkvorm in een bovenbouwgroep, op moet letten. Zie het boek ‘Kijk op Spel’ voor deze informatie.

Onvoldoende
Voldoende
Goed

X

X
Motivatie:



De film heeft een prettig tempo en is boeiend, prikkelend voor de doelgroep.
Onvoldoende
Voldoende

Goed
X
Motivatie:
Alles werd goed verteld met tegelijkertijd voorbeelden.
Op de instructiefilm heeft de student middels een quadblogsessie van medestudenten commentaar ontvangen en verwerkt. Het commentaar wordt geschreven op basis van de bovenstaande punten.

Motivatie:

De film duurt tussen de 4 en 5  minuten.
Nee, 6 minuten.







===
mijn uitgewerkte bron:
bron: Heel erg lief, net als jij

inhoud: muis moet naar bed toe maar ze kan niet slapen, dus gaan ze nog een rondje lopen. onderweg komen ze allemaal verschillende dieren tegen met jongen. bij elk dier gebeurt er iets heel liefs/leuks. muis vind het allemaal erg lief en wil dit ook. alle moeders beschermen hun kindjes door bijvoorbeeld een vos heel snel te zijn of als een vogel te vliegen. maar muis vraagt aan haar moeder wat kan jij voor mij doen? je kan niet snel rennen, vliegen of springen. moeder vertelt een andere paar dingen die ze wel kan en dan kan kleine muis eindelijk slapen.

The prashe that pay's: het gaat er hier niet om of je nou iets speciaal kunt. iedereen kan wel iets net als dat moeder muis niet snel of sterk is. ze kan wel van haar kindje houden en het liefde geven.

droom: de kleine muis droomt ervan om een moeder te hebben die iets speciaal kan.

fantasie:  is er niet echt.

dans: is ook niet aanwezig

astronomisch: is hier geen sprake van

religieus:
 is hier geen sprake van

hier een foto van de voorkant van het boek:





























individuele feedback:

samenwerking:
de samenwerking verliep erg goed vond ik. we waren met zijn 6en en meestal is dat best wel lastig. hoe meer mensen je mee samenwerkt hoe sneller er eigenlijk mensen gaan verzaken. gelukkig was dat niet zo! het groepje was leuk opgedeeld want er zaten er 3 bij die drama erg leuk vinden en 3 die het niet leuk vinden. dit hielp elkaar erg goed waardoor de 3 die het niet leuk vonden er toch wel zin in kregen. we zijn naar het huis van Bart en Sven gegaan. daar hebben we alle taken verdeeld en de stukjes ingelezen. het lukte niet allemaal in een keer, maar het eind resultaat mag er wezen. ik houd zelf niet van drama, ik vind dit echt niet leuk. maar met deze opdracht heb ik toch wel veel plezier gehad. toen we het filmpje af hadden wilde we alles achter elkaar gaan plakken. dit lukte niet, we kregen wel geluid maar geen beeld. we zijn toen naar Don Zuidema geweest en die heeft ons geholpen om dit te repareren. 

het filmpje:
het filmpje vind ik erg duidelijk en leuk! we hebben de verbeter puntjes uit de les goed meegenomen denk ik. het is een erg duidelijk filmpje. ook zijn de stemmen goed te horen. 


feedback geven aan een ander groepje:

zie hier hun filmpje:



Feedbackformulier Instructiefilm BP 1.1.1. Kunstvaardig

Jouw naam is: Thijs Luijer
Ik heb een instructiefilm bekeken met de werkvorm:
Dans
Deze film is gemaakt door de volgende studenten:
Iris Meijer, Soumaya Ben Haddou, Nur Ates, Jessica Roodbol en Yeliz Yilmaz

1C
De film is een goed middel om aankomende leerkrachten te ondersteunen bij het aanbieden van een drama/dans werkvorm voor een bovenbouwgroep van 25 – 30 leerlingen
Onvoldoende
Voldoende
Goed

X
Motivatie: ja want alles word rustig en duidelijk uitgelegd. Ze laten ook zien wat je precies moet doen.
Duidelijk wordt hoe een aankomende leerkracht deze drama/ dans werkvorm aan kan bieden aan een bovenbouw klas van het basisonderwijs: Een leek zou door de getoonde stappen te volgen tot een dergelijke uitvoering van de werkvorm moeten kunnen komen
Onvoldoende
Voldoende
Goed

X
Motivatie: het filmpje is erg duidelijk. Er word kort iets verteld en daarna doen ze het voor.
                          
In de film is de onderstaande informatie verwerkt:

·                     De naam van de werkvorm, met een korte toelichting van de werkvorm

·                     Mogelijke lesdoelen  (zie dramadoelstellingen H2.2 van het dramaboek ‘Kijk op Spel’)

·                     Welke bron is gekozen n.a.v. het thema van de Kinderboekenweek van dit jaar

·                     Hoe deze bron is verwerkt in de uitvoering van de werkvorm

·                     Welke voorbereidingen er nodig zijn om deze werkvorm met 25 – 30 leerlingen uit te voeren
Onvoldoende



Voldoende



Goed


X


X


X

X


X



X
Motivatie: het wordt allemaal erg goed uitgelegd.
In de film is de onderstaande informatie verwerkt

·                     Wie welke productierol op zich heeft genomen.

·                     De datum

·                     Het doel van de film (Beroepsproduct 1.1.1 Drama)

·                     De naam van de Hogeschool.
Onvoldoende




X



X
Voldoende





X
Goed

X


Motivatie: de naam van de school werd niet vermeld. Ook de datum niet.
Alle deelnemers van een subgroep zijn zichtbaar aanwezig in de film en spelen een rol. 
Onvoldoende
Voldoende
Goed

X
Motivatie: ja je ziet ze allemaal telkens in beeld. Eentje is de leraar en de andere zijn de kinderen.
In de instructiefilm zijn de volgende ‘scenes’ te herkennen:

·                     De werkvorm-in-werking-scene

Studenten laten de werkvorm zien, zoals deze na de voorbereiding en oefening, in de klas uitgevoerd kan worden.

·                     De detail-scenes

In een aantal heel korte scenes, laat steeds een detail zien waar je bij de uitvoering van de werkvorm in een bovenbouwgroep, op moet letten. Zie het boek ‘Kijk op Spel’ voor deze informatie.
Onvoldoende
Voldoende

X





X
goed
Motivatie: ze deden een liedje met verschillende oefeningen. Zo kunnen de kinderen steeds iets anders oefenen
De film heeft een prettig tempo en is boeiend, prikkelend voor de doelgroep.
Onvoldoende
Voldoende
Goed

X
Motivatie: het filmpje is heel duidelijk. Er word duidelijk in gesproken en ze wisselen goed af met voorbeeld en vertellen.
Op de instructiefilm heeft de student middels een quadblogsessie van medestudenten commentaar ontvangen en verwerkt. Het commentaar wordt geschreven op basis van de bovenstaande punten.
Motivatie:
De film duurt tussen de 4 en 5  minuten.
Ja









Geen opmerkingen:

Een reactie posten